Voorzieningen
We vormen een voorziening als er voor het waterschap een verplichting of verantwoordelijkheid bestaat om op een bepaalde manier te handelen of presteren jegens een derde. Als hier een financiële verplichting aan hangt, zijn we verplicht hiervoor geld apart te zetten. De hoogte van de voorziening is het ingeschatte benodigde bedrag. De voorzieningen zijn onderdeel van het vreemd vermogen.
Voorziening Pensioen- en wachtgeldverplichtingen (voormalig) personeel en bestuur (V850001)
Deze voorziening is bedoeld om het salaris en de kosten van outplacement te betalen van werknemers die niet meer ingezet kunnen worden in de bedrijfsprocessen. Deze voorziening is ook voor de pensioenen en uitkeringen aan voormalige bestuursleden (Appa-regeling heemraden). De administratie voor de berekening en uitbetaling van de wachtgelden en pensioenen wordt verzorgd door een extern bureau. Dit bureau stelt jaarlijks voor alle bekende toekomstige verplichtingen nieuwe actuariële berekeningen op en actualiseert de toekomstige verplichtingen voor de lopende pensioenen en wachtgelden. Op basis van deze berekening en de renteontwikkeling bepalen we de hoogte van de voorziening. Voor 2026 begroten we een storting van € 0,4 miljoen en een onttrekking van € 0,5 miljoen. De komende jaren vindt geleidelijke inzet van de voorziening plaats.
Voorziening arbeidsgerelateerde verplichtingen (V850003)
Deze voorziening is gevormd voor de uit te betalen jubileumuitkeringen en vergoedingen voor leeftijdsontslag waar werknemers recht op hebben. Ook nemen we in deze voorziening de waarde mee van verlofdagen over de afgelopen jaren die personeelsleden nog moeten opnemen. We vormen deze voorziening voor arbeidsgerelateerde verplichtingen in overeenstemming met het Waterschapsbesluit (art. 4.54 en 4.55). Voor 2026 begroten we een storting van € 0,8 miljoen en een onttrekking van € 0,2 miljoen. De werkelijke storting hangt af van het personeelsverloop en de cao-ontwikkeling.
Voorziening Regeling Vervroegd Uittreden (RVU) (V850005)
In de cao Waterschappen uit 2024 is vastgelegd dat met ingang van 1 januari 2024 een bepaalde groep werknemers in aanmerking komt voor de Regeling Vervroegde Uittreding (RVU). Dit geldt voor werknemers die:
- ten minste 41 dienstjaren hebben bij een werkgever aangesloten bij het ABP;
- de laatste 10 jaar hebben gewerkt binnen de sector Waterschappen;
- zich op dat moment binnen 2 jaar van de AOW-gerechtigde leeftijd bevinden.
Een aanvullende voorwaarde is dat de afspraak over deelname aan de RVU uiterlijk op 31 december 2025 schriftelijk is vastgelegd. Omdat na deze datum geen nieuwe afspraken meer kunnen worden gemaakt, begroten we vanaf 2026 geen stortingen meer. De onttrekkingen hebben uitsluitend betrekking op de verwachte uitgaven voor deelnemers die vóór eind 2025 een overeenkomst hebben gesloten.
Voorziening rioolpersleiding Oudenhoorn (V850004)
Voor de verlegging van 2 rioolpersleidingen bij Oudenhoorn zijn diverse onderzoeken uitgevoerd en de ontwerpen uitgewerkt. Dit levert (technische) uitdagingen op, doordat het een project van derde leiding kruist. Hierover vindt afstemming plaats, naar verwachting worden deze werkzaamheden in 2026 opgeleverd.
Voorziening Herijking Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) (V850006)
Naar aanleiding van het besluit 'Herijking Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP)' van de Verenigde Vergadering van 1 oktober 2025 is in 2025 een voorziening gevormd. Deze voorziening is bedoeld om te kunnen voldoen aan de verplichtingen die voortvloeien uit genoemd besluiten.